Ruimtelijke kansen voor warmtenetten

De Nationale Energieagenda voorspelt: ‘Aardgas verdwijnt uit de Nederlandse huishoudens’. Dit betekent dat we voor onze warmtevoorziening langzaam maar zeker over moeten stappen van gas naar andere energievormen. Warmtenetten vormen één van de mogelijkheden en kunnen in potentie tot 70% bijdragen aan de Nederlandse warmtebehoefte in 2050. Dit betekent een grote opgave voor beleidsmakers en netbeheerders. Op landelijk niveau wordt volop nagedacht en beleid gemaakt om deze ambitie waar te maken.

 

 

Een klein deel van de vraag naar warmte is makkelijk te beïnvloeden. Dat betreft de vraag in nieuwe uitleglocaties en nieuwbouw van woningen in transformatiegebieden in bestaand bebouwd gebied. Hier is de eerste snelle winst te behalen door deze gebieden aardgasloos te ontwikkelen. Beleidsmatig wordt dit gefaciliteerd doordat de aansluitplicht voor gas zal verdwijnen.

Echter, veruit het grootste deel van woningen en bedrijfspanden van 2050, zijn nu reeds gebouwd. De omslag van gas naar warmte zal dus grotendeels in bestaande wijken plaats vinden. Terwijl juist daar sturingsmogelijkheden van beleid beperkter zijn. Bewoners en gebruikers beschikken over een energievoorziening. Pas als deze vernieuwd moet worden, wordt er gekeken naar een alternatief voor gas. Ook de ondergrondse inpassing, zeker in oude binnensteden, van het warmtenet is een technische en organisatorische hobbel.

De grote uitdaging voor een potentiële exploitant van een warmtenet en voor de ruimtelijke planning is om vraag en aanbod van warmte naar tijd en plaats zo dicht mogelijk naar elkaar te brengen: nabijheid van gebruikers en hoge dichtheden zijn cruciale ruimtelijke factoren. Essentieel is om RO in visie, planvorming en uitvoering voor warmtenetten in het proces te borgen.

Het realiseren van een stevige businesscase voor een warmtenet kan worden versneld door de mogelijkheden die het nieuwe omgevingsrecht biedt. Deze geeft met name gemeenten de mogelijkheid om te ‘sturen’ op gebruik van ondergrond en dus ook van (gas- en warmte)netten en bodemenergie.

Een andere bijdrage zit aan de communicatieve kant. De opgave op het gebied van energie (inclusief warmte) en ruimte moet op veel plaatsen nog landen. Heldere taal en beeld moeten de urgentie laten zien en duidelijk maken wat dit voor verandering voor het ruimtelijk ontwerp betekent inclusief de nieuwe kansen die dit met zich meebrengt.

 

Het Ministerie van Infrastructuur en Milieu heeft op 21 maart jl. een rapport gepubliceerd over de kansen voor warmtenetten. Dit gaat dieper in op de ruimtelijke vraagstukken en op hetgeen gemeenten en netbeheerders kunnen doen om de energietransitie te faciliteren (zie rapport: “Ruimtelijke kansen voor warmtenetten (pdf, 4,2 MB))”.

Op de studiemiddag van NSTT op 17 maart jl. is reeds inzicht gegeven in wat deze energie-ambitie kan betekenen voor de aanleg van leidingen in de gebouwde omgeving.

 

Deel dit bericht
Naar boven